donderdag 17 augustus 2023

De reiziger

Na een lange dag in verschillende treinen, vanaf Bordeaux, via Parijs, Lille, Antwerpen en Rotterdam, staat ze iets na middernacht voor de deur. Verfomfaaid, gebruind, de haren als van een surf dude uit Australië, warrig, droog, met blonde strepen van de zon. Dank je, zeg ik tegen de jongen, want hij zou haar veilig thuisbrengen had hij gezegd en dat had hij gedaan.

De reiziger is thuis. Het betekent duizenden fotos kijken, samen op de bank, souvenirs uitpakken, verhalen over Praag, Boedapest, Genève en Cannes, over kerken, synagogen, over zon en strand en formule 1. Het betekent wasgoed op de trap, de weergalm van een vrolijke lach uit haar kamer en de terugkeer van nachtelijke activiteiten met voetstappen op de trap en het aan- en uitflitsende licht van de wc.

Het betekent ook dat we de familiegroepsapp kunnen sluiten. Geen luchtige berichtjes meer aan elkaar over het reilen en zeilen van onze dochter en zuster in het buitenland. De grapjes over en weer tussen mij en de ex, op het scherp van de snede, die maar nauwelijks de onderlaag van slecht genezen wonden kunnen verbloemen. Nu hoef ik ook niet meer te kijken naar zijn profielfoto, die hij ter ere van deze gelegenheid nog even gauw had veranderd. Een wonderlijke selfie, alsof zij er nog even gauw achter was gaan staan, zoals mijn broer op feestjes placht te doen, een even plotselinge als ongenode gast op een vrolijke feestfoto. Mooi is ze niet, al is dit niet haar beste foto. Het geeft me echter geen voldoening, integendeel, het feit dat hij, die uiterlijk altijd zo belangrijk vond, met haar wel gelukkig is, degradeert me tot een voorbijganger in zijn leven, al ben ik de moeder van zijn kinderen en zij niet. Hij kijkt er zelfgenoegzaam bij, een grijns van oor tot oor. 

Zijn plotselinge terugkeer in mijn dagelijks bestaan zorgt voor verwarring. Onze vrolijke kout, de nerveuze lach van mijn oudste dochter om letterlijk alles wat hij en ik tegen elkaar zeggen, het heeft weer even de schijn van ons vroegere gezinsleven. Het maakt me droevig en in de weken die mijn dochter door Europa reist, groeit het besef dat ik misschien toch nog van hem hou en meer dan eens wellen de ouderwetse tranen van een verloren liefde ongewild in mijn ooghoeken op. 'Ik ben sad', zeg ik op een expres schertsende toon tegen mijn vriendin. 'Of ik geef nog steeds om hem of ik heb een empty nest ervaring'. Ik ben alleen, denk ik als ik 's avonds in bed lig, alleen, alleen.

Dan is ze thuis en is alles binnen het tijdsbestek van enkele uren weer terug naar normaal. Zo ook de ex. Mijn oudste dochter facetimet me met de mededeling dat ze onverhoopt naar de eerste hulp moest voor een hechting in haar kuit. 'Waarom belde je me niet', vraag ik, maar ze is al met haar vader gegaan, zegt ze, die net die dag bij haar op bezoek was. 
Het gezicht van de jongste dochter betrekt, wij wonen 5 minuten verderop, ze heeft hem maanden niet gezien. 'Komt hij nog hier', vraag ik gauw. Als dit niet het geval blijkt, besluit S naar hem te gaan, razendsnel trekt ze mijn slippers aan en in haar haast om weg te komen vergeet zo nog bijna het souvenir dat ze voor hem heeft gekocht. 'Ik neem de auto, oké', roept ze, en weg is ze. Maar ze is te laat, de vogel is al gevlogen.

Die avond besef ik dat het geen tranen van liefde waren, maar van rouw. Rouwende tranen om wat ooit was en wat had kunnen zijn. Meer niet.

De Reiziger
Lennaert Nijgh / Boudewijn de Groot

Geef de reiziger een stoel,
geef hem brood en droge kleren,
laat hem zitten bij de haard.
Hij is overal geweest,
hij die alles heeft verloren,
hij die nooit iets heeft bewaard.
Haal flessen uit de kelder
en haal muziek in huis.
Laat iedereen het horen:
de reiziger is thuis.

Geef de reiziger het woord,
laat de reiziger vertellen.
Maar hij schudt zijn hoofd en wacht.
Hij heeft overal gezocht,
hij heeft nergens iets gevonden
en hij heeft niets meegebracht.
Hij zegt: ik ben veranderd,
ik ben hier niet meer thuis.
Maar laat de kinderen komen,
de kinderen van dit huis.

Laat de kinderen komen,
laat de kinderen komen,
ik heb aan ze gedacht.
Ze zullen mij niet kennen
en ze zullen mij niets vragen.
Ze hebben niets verwacht.

En niemand zal begrijpen
wat ik doen kom in dit huis.
Maar de kinderen zullen zeggen:
de reiziger is thuis.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten