Als ik vroeger in het buitenland zat, belde ik 1 á 2 keer per week mijn moeder, in een telefooncel of postkantoor. Je moest dan eerst je vreemde papieren geld wisselen voor kleingeld of speciale muntjes. 'Posso avere monete per il telefono?', zei ik dan tegen de baliemedewerker, want in die dagen ging ik nogal eens naar Italië.'Hoi mam, alles is goed', riep ik dan haastig door de hoorn, want telefoneren was allejezus duur. Mijn moeder liet zich echter niet zo gemakkelijk afschepen. Of we voorzichtig reden, want die Italianen reden als gekken (waar), of we veilig waren, want er was een ramp gebeurd (200 km verderop), en of mijn lief een beetje lief voor me was. Dat lijkt een rare vraag, maar moeders zien en weten en zwijgen.
Mijn laatste bezoek aan Italië was in 2001. Ik was zwanger van S. De vader van de ongeborene was al niet zo content meer met zijn leven als vader van een complex gezin en als partner van een lastige vrouw, en als ik niet onverwacht zwanger was geworden van nummer drie, had hij vast en zeker de benen genomen. Dat is gissen natuurlijk, want hij was ook een man die worstelde met een verantwoordelijkheidsgevoel dat hij vooral vond dat hij moest hebben, omdat hij dat in zijn jeugd niet had ervaren. Een familiegeschiedenis van waardeloze en afwezige vaders, zo wilde hij niet worden.
Ik vond zwanger zijn heerlijk en pas achteraf besef ik dat het niet gebruikelijk is dat je zoiets alleen ervaart, althans niet in Nederland. Van die vaders die alles vastleggen, meeluisteren naar de hartslag, de schopjes willen voelen, eerder thuiskomen om je te helpen met de andere kinderen, en op zijn minst één keer tegen je zeggen dat je de mooiste vrouw op aard bent, terwijl je als een hobbezak in joggingbroek door de kamer waggelt, dat had ik ook wel gewild. Als, als ... as is verbrande turf, zei mijn moeder dan, die overigens in 2001 al 6 jaar dood was. En zo is het, dit zijn de dingen die bij het leven horen, al is het tegenwoordig mode om alles wat niet zo fijn was te betitelen als trauma of zelfs PTSS. Ellende, niets dan ellende, zou mijn broer A zeggen, en dat vat het wel zo'n beetje samen.
'Alles is goed, mam', ik had het haar graag willen toeroepen, daar in Montecatini Terme, Toscane.
Het kind is inmiddels 19 jaar en 11 maanden oud en zit in Ibiza. Ik word als nerveuze en overbezorgde moeder braaf op de hoogte gehouden met snaps en apps. Ze heeft een fantastische tijd, zegt ze, al hoest ze als een dakloze on crack en vraagt ze zich af of ze straks Nederland wel weer in mag. Monete heeft ze niet nodig, alles is in euro's en wordt voor haar betaald, en de telefono is 24/7 in haar nabijheid. De Jongen heeft een parel in een oester voor haar gekocht. Af en toe is hij tantoe vervelend, zucht ze, maar wel de allerliefste van de wereld.
Het kind is inmiddels 19 jaar en 11 maanden oud en zit in Ibiza. Ik word als nerveuze en overbezorgde moeder braaf op de hoogte gehouden met snaps en apps. Ze heeft een fantastische tijd, zegt ze, al hoest ze als een dakloze on crack en vraagt ze zich af of ze straks Nederland wel weer in mag. Monete heeft ze niet nodig, alles is in euro's en wordt voor haar betaald, en de telefono is 24/7 in haar nabijheid. De Jongen heeft een parel in een oester voor haar gekocht. Af en toe is hij tantoe vervelend, zucht ze, maar wel de allerliefste van de wereld.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten