Om 8 uur gaat de bel, de tuinman wil erin. Ik spring uit bed, toch nog verslapen, ondanks het ambitieuze alarm om 7 uur. Ik ben al 3 dagen alleen. De dochters zijn op stap met hun vader, helemaal naar Hilversum. Op de foto's ziet het hotelletje er leuk uit, romantisch. Verder lijkt het of ze niets anders doen dan eten. Ontbijt, lunch, diner en tussendoor nog veel meer. Het is Instagramwaardig, Gooisch, met veel mooie sier. Ik heb het altijd een beetje moeilijk als ik naar zulke gezinsfoto's kijk. Er ontbreekt iets. Begrijp me niet verkeerd, voor geen goud zou ik mijn huidige, rustige leven willen inruilen voor zijn onvoorspelbare moodswings, van luid en jolig naar bloedchagrijnig en gemeen, ik heb het 30 jaar van dichtbij mogen aanschouwen. De oudste dochter kan ertegen. Ze kent de receptuur, de ingrediënten, en weet dat hij tegen de middag weer bijdraait. De jongste trekt het minder goed. Ze heeft een regelmatig karakter, net als ik, en begrijpt nog steeds niet dat iemand zo kan wisselen van humeur, van nul naar honderd, als de F16 waarin hij vloog toen ik hem leerde kennen.
Dan schiet me mijn laatste date te binnen. Een leuke man. Zo leuk, dat ik voor de 3e date niet alleen spannend ondergoed kocht maar zelfs mijn satijnen beddengoed tevoorschijn haalde. Maar toen hij op mijn bank zat was de aantrekkingskracht ineens verdwenen, volgens mij gebeurde het om 8 minuten over 10. Het kwam dit keer niet door iets wat hij zei, het kwam juist door wat hij niet zei. Na ruim 6 uur samen, want elke date duurde 2 uur en een kwartier, had hij niet één keer een compliment gegeven. Ik intussen strooide ze rond. Het kost niks, zei mijn moeder altijd en het is bovendien fijn als je iets kan geven dat de ander zoveel goed doet. 'Je ziet er tien jaar jonger uit' (dat was zo), 'je ruikt heerlijk' (wat zo was), 'je bent zo grappig' (dat waren mijn hormonen). Met de minuut voelde ik me ouder (hij was 64), lelijker en onwelriekender (Yves Saint Laurent) worden. Een vrouw wil begeerd worden, of ze nou 18 is of 62. Mannen reageren op beelden, vrouwen op woorden, las ik ergens, en dat hebben de meeste mannen goed in de oren geknoopt. Zo niet de Nederlandse man. Want daar zat ik dan, in mijn mooiste ondergoed, geurend als een overjarig prinsesje, in een te strak truitje, benauwd van het buik inhouden, en keek naar de man tegenover me die vertelde over zijn hypotheek en zijn ex. Wil ik dit, dacht ik, wil ik dit?! Wat als hij naar me toe komt? En wat als hij niet naar me toe komt? Hij kwam niet. Of hij de ijzige kilte voelde die ik plots uitstraalde of omdat de datetijd om was, ik zal het nooit weten, ik weet alleen hoe ik me voelde. Weer niet, dacht ik. Weer niet.
Je bent wel veel bezig met dat daten, hè, vroeg mijn broer W een week later. Zeven dates, broer, in 7 jaar, dat is een pracht gemiddelde van 1 man per jaar.
'Ik mis je', appt mijn jongste dochter, 'morgen ben ik er weer.' Met veel hartjes. Ik veeg een traan weg. Van nul naar honderd.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten