zondag 22 april 2018

The Hurricane

Ik liep vandaag op straat langs een open raam en hoorde het nummer Hurricane van Bob Dylan. In een fractie van een seconde was ik weer 17. Ik zag mijzelf zitten op het platje bij het vriendje van mijn hartsvriendin C. We beraamden gedrieën plannen om school de rug toe te keren en beroemd te worden. De zon scheen, het rook er naar wiet en Bob Dylan zong, het was 1976. Nummers als Hurricane, One more cup of coffee (met Emmylou Harris), Black Diamond Bay, ik kan ze allemaal nog meezingen.

Mijn vriendin en ik – we stelden ons altijd voor als Betty Ford en Pat Nixon, ons idee van ontzettend grappig - waren volledig met elkaar vergroeid, er ging geen dag voorbij die we niet deelden. We hadden unaniem een hekel aan school, we wilden naar de kunstacademie of anders beroemd filmster worden, zoals Sylvia Kristel, maar dan zonder het soft erotische gedoe. Om die reden hadden we in een jolige bui een brief geschreven aan de VPRO: we wilden graag meedoen aan de Sjef van Oekel Show, blote dans geen bezwaar. Enige tijd later kwam er een brief terug. Er zou een delegatie van de VPRO op bezoek komen om ons aanbod te bespreken. Ik haakte af, waarom weet ik niet meer precies, waarschijnlijk omdat de blote dans me bij nader inzien toch niet heel geweldig leek, en liet mijn vriendin er alleen voor opdraaien. En zo kwam het dat ze, 17 jaar oud, samen met haar verbaasde moeder een gezellig kopje thee dronk met enkele redactieleden van de VPRO. Ze bracht geen woord uit en van de roem is het niet meer gekomen.

C en ik waren inmiddels toegelaten tot de vooropleiding van de Gerrit Rietveld Academie. Elke zaterdag gingen we richting Amsterdam. Ondanks onze grote ambities hebben we van de 40 studiedagen er zeker 15 gemist, want nog voordat we tramlijn 24 konden nemen naar de academie, werden we verleid door het leven. Het échte leven, het wereldse, grootse leven! Het Damrak was net buitenland, waar andere talen werden gesproken en de winkels ons toeriepen: koop je molentjes en je sex-toys hier. Amsterdam was nog niet die grote fabriek van winkelketens, maar had nog een eigen identiteit, met winkels die het burgerlijke, gereformeerde Amersfoort niet had. Ik was er al zeker twee jaar weg, als kwetsbare puber van 15 weggerukt uit Amsterdam-west, uit alles wat ik kende en liefhad en neergezet in een piepklein boerendorp, dicht tegen de Biblebelt aan. Boos en bang was ik, maar al na een jaar was ik mijn vader dankbaar dat hij had besloten te verhuizen naar de provincie, want zo’n pretje was het in Nieuw-West nou ook weer niet en in het achterlijke dorp had ik tenminste een kamer voor mezelf met luxe als vaste vloerbedekking en centrale verwarming die we in het oude huis niet kenden.

Bij mijn vriendin kwam ik in aanraking met een ander milieu. Een politiek bewust, macrobiotisch, links -CPN, wie kent ze nog- milieu met protestliederen van Joan Baez, afwassen met groene zeep en schrijvers als Wolkers, Cremer en Kerouac. Als haar moeder naar haar vriend in Amsterdam was, bracht ik hele weekenden bij haar door. We bakten appeltaarten, gaven stiekeme feesten voor de halve klas, spelden de contactadvertenties in de zaterdagkrant (jonge man, 50 jaar ... whoehaaa) en op lome zondagen speelde C. gristelijke liedjes op de piano in haar slaapkamer (opverend bij elke misplaatste noot en dat waren er nogal wat), terwijl ik puberaal verveeld op haar bed lag, vieze boeken las en luisterde naar “Daar ruist langs de wolken een lieflijke naam…”.

Als ik mijn ogen sluit en Spotify speelt Dylan, Baez of Bowie, dan is het alsof dit alles gisteren was. Mijn leven is in geen enkel opzicht geworden wat ik ervan verwachtte. Ik ben nog steeds links, soit, en ik kook inmiddels net zo gezond en biologisch verantwoord als C’s moeder, maar de Basquiat van de Veluwe ben ik nooit geworden, noch heb ik ooit mijn borsten getoond in Van Oekels Discohoek of Franse softporno. Naar de muziek uit die tijd luister ik liever niet. Muziek kan mooie herinneringen naar boven brengen, maar ook gebeurtenissen die zo hartstochtelijk vol jeugdige verwachting waren, dat je wordt opgezadeld met een gevoel van droefheid en mislukking dat je maar moeilijk van je af kunt schudden.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten