zondag 11 februari 2024

Met je Cinevillepas

Mijn leven is een dagelijkse herhaling van zetten geworden. Ik werk van maandag tot en met vrijdag, behalve op woensdagmiddag, dan ben ik vrij en ga ik sporten en naar de fysio of tandarts. In het weekend slaap ik uit, lees de krant, doe boodschappen voor een week en was de vuile kleren van S en mij. Op zaterdagmiddag drink ik een glaasje bij de broer en 's avonds kijk ik 2 voor 12 of herhalingen van Golden Girls en bel ik met de kinderen. Niks aan de hand, iedereen blij, iedereen tevree.

Maar dan begint de paniek. De na je zestigste paniek. Hoeveel tijd heb ik nog en wat heb ik gedaan met de tijd die achter me ligt. Je ziet foto's van vroeger, van voor het gezin, de man, de kinderen, de zes katten. Toen je nog dingen déed, maar geen tijd had om erover na te denken. En je beseft dat het leven sneller lijkt te gaan omdat je nooit meer dingen dóet, nieuwe dingen dóet. Want als je het op spontaniteit laat aankomen, gebeurt er nooit iets. Ik ben dan standaard te moe en zit dan altijd liever op de bank met een film of boek. Dus nu plan ik dingen - net als al die andere 4 miljoen zestigplussers die de tijdsdruk voelen oplopen -, zodat ik wel móet! Ver van te voren koop ik kaarten voor de opera en voor concerten, populair en klassiek. Van elk event koop ik er 2. Duur, maar er moet toch iemand mee, want ik ben geen type om dingen in mijn eentje te doen, dan voel ik me pas eenzaam. En om de ander dan een tikkie te sturen, dat gaan we niet, nee nooit doen, dat is zo typisch Hollands benepen, gierig en bekrompen, dan maar arm. Dit jaar was ik al bij de opera in Amsterdam (400,-) en bij de roofvogels in Bunschoten (150,-). En gisteren ging ik redelijk spontaan (ik zat woensdag op de bank en vond dat ik dit weekend iets moest gaan dóen) naar de film (25,-). Het was geen kaskraker maar een Frans-Canadese filmhuisfilm die nooit de grote bioscopen zal bereiken maar in Cannes gelauwerd was, waarom weet ik niet. Hij was heus aardig, daar niet van, en soms zelfs grappig, maar vooral deprimerend vanwege het levensechte einde en wie wil er nou levensecht op zaterdagavond? Erna streken M en ik neer in het bijbehorende filmhuiscafé, een broedplaats voor zelfbenoemde links-intellectuele senioren met smoezelige, gekreukte kleding in óf heel vage óf juist overdreven felle kleuren, want we zijn onszelf, lekker gek, lekker eigenwijs en vooral nog hartstikke jeugdig hoor. Iedereen was grijs en droeg een bril. Ik ook, maar je moet me met de dood bedreigen wil ik een rode opzetten. En iedereen had een partner. Ik dan weer niet. Je zag uitgebluste stelletjes die elkaar niks meer te zeggen hadden en dan in godsnaam maar naar de film gingen met hun Cinevillepas, maar ook van die mensen die elkaar de hele dag door lieverd en schat noemen en altijd muntthee drinken. De daters pikte je er zo uit. Veel lachen, mondhoeken omhoog, buik in. Ik had er zelf ook een paar keer zo bij gezeten, met Harry, Dick en Tom. En een Campari soda.

'Toen ik nog dronk was alles leuker', kloeg ik daarom nog maar eens, en nipte aan mijn tonic. M was solidair en dronk een icetea, maar dat was ook omdat ze een stevige kater had, zo een met nadorst en darmkrampen, en omdat ze pas om half 8 in de ochtend haar bed was ingerold. 
'Het is al 10 uur', zei ik, 'zullen we gaan?'. 
'Dat is goed', zei M, 'want straks komen de rare mensen buiten.'  
Snel liepen we naar de parkeergarage, want rare mensen tegenkomen, dat wilden we niet. Nadat ik haar thuis had afgezet, ging ik lekker op de bank zitten, elektrische deken aan, glaasje water voor me, kat op schoot, en keek een docu over Bob Marley. Om half 2 ging ik naar bed. Nu is het zondagmorgen half 12 en ik lig nog steeds in bed. S slaapt bij S en de kat kijkt me verwijtend aan, hij wil naar buiten. Weer een ochtend verspild, denk ik.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten