maandag 19 december 2022

Even ontspannen

Ik lig op mijn bed, mijn handen gevouwen achter mijn hoofd, en probeer mijn gedachten en ademhaling te reguleren. "Als u in deze houding naar links kijkt, zo ver u kan, zonder uw hoofd te draaien, dan moet u vanzelf een keer slikken", had de man gezegd. "Het kan soms wat langer duren, maar het gebeurt." Ik begeef me met het stimuleren van de nervus vagus in een wat zweverig gebied, maar ik ben 63, het boeit niemand wat ik doe in mijn vrije tijd.

Het slikken komt niet. Ik probeer mijn ogen naar rechts te draaien, zover mogelijk. Niks. Het enige wat ik wel voel is die gescheurde spier in mijn rechter schouder waaraan ik maar moet wennen omdat er niks aan te doen is. Dat zeggen ze vast niet tegen Mbappé. Ik probeer mijn nek te ontspannen. Ik probeer aan een zacht glooiende weide te denken. Boterbloemen. Einaudi? Enya? Taart misschien? Niks hoor, ja, die rotkop van Messi, die zie ik voor me. En er doemen flarden van werkmails op van al die mensen die nog voor het eind van het jaar vanalles geregeld willen zien. Ik ben ziek, wil ik schreeuwen, maar ik blijf beleefd en zeg dat ik erachteraan ga als ik beter ben. Wat is dit voor een baan als je niet eens een paar dagen ziek kan zijn, denk ik. Echt ziek, niet een dagje malaise of migraine, maar met heuse koorts en gammele benen en een zwakke blaas, en het ergste, haar dat als asperges uit blik naar beneden hangt, bleek en futloos. Dat ziek. Dat je de Kerst met Karaoke met collega's mist en het concert in de polder van je broer. Dat Miss Paracetamol op de verjaardag van je dochter je belangrijkste gast is en je je moet voorstellen aan je schoonzoon omdat hij je grafkop in de ochtend niet herkent.

Ik probeer mijn adem terug te brengen naar de oorsprong. Vier tellen in, zes tellen uit. Vijf tellen in, 7 tellen uit. Pffff. Pffffff. Door de neus. De nervus vagus stimuleren. Opdat wij het parasympathisch zenuwstelsel tot rust brengen.

Bggrrrrrr, piep.... bggrrrrrr, piep...., hoor ik. De kat ligt aan mijn voeten en snurkt de slaap van de welverzorgden in de samenleving. Als hij eten wil, mauwt hij net zolang tot ik opsta, als hij het koud heeft, zoekt hij een schoot van een van zijn mensen, als hij naar buiten wil, krabt hij aan de deur, als hij moe is gaat hij liggen en als zijn bak niet schoon genoeg is, pist hij er gewoon naast, op de mat, dat je het effe weet. Katten weten van geen nervus vagus, van geen WK of werkdruk. Katten lezen geen emails,  vieren geen verjaardagen, zingen geen karaoke of Boudewijn de Groot.
Was ik maar een kat. 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten